Knoflook, dat heerlijke aromatische bolletje met een pittige smaak, is een onmisbaar ingrediënt in veel gerechten over de hele wereld. Je kunt knoflook ook heel makkelijk in je eigen tuin telen, en ik raad het beginners altijd aan om het eens te proberen. In deze blog neem ik je mee op een reis door de wereld van knoflook telen, waarbij ik verschillende aspecten belicht, zoals hardneck versus softneck, het planten in het najaar versus het voorjaar, de bodemsoort, het gebruik van pootgoed versus supermarkt-knoflook, bewaren, de verschillende rassen, en plantdiepte en -afstand.
Pootgoed versus Supermarkt-Knoflook: wat is het verschil?
Hoewel je knoflook kunt telen met knoflooktenen uit de supermarkt, is pootgoed van een kwekerij meestal de beste keuze. Dit pootgoed is aangepast aan je regio en heeft minder kans op ziektes, en het groeit vaak gewoon veel beter. De meeste knoflook die je in de supermarkt kunt kopen, komt uit China en vaak dus uit een heel ander klimaat dan waar jij je knoflook in gaat telen. Dat geldt niet voor pootgoed. Dit is speciaal gekweekt om goed te kunnen groeien in jouw tuin. Daarnaast wordt knoflook, net als aardappels uit de supermarkt, vaak behandeld waardoor ze minder snel uitlopen. De consument uit de supermarkt wil namelijk die knoflook zo lang mogelijk bewaren, maar wij willen juist dat die zo snel mogelijk gaat uitlopen en groeien! Bovendien is pootgoed niet veel duurder dan knoflook uit de supermarkt, dus ik zou altijd aanraden om pootgoed te kopen.
Hardneck versus Softneck: welk type knoflook moet je kiezen?
Er zijn twee hoofdtypen knoflook: hardneck en softneck. Binnen die hoofdtypen zijn er een paar honderd verschillende soorten, met 'Messidrome' en 'Violet Germidour' als zeer bekende en populaire softneck soorten.
Hardneck knoflook heeft een harde steel in het midden van de bol, wat resulteert in grotere, maar minder goed bewaarbare bollen. Het heeft een sterkere smaak en is winterhard. Dit type is geweldig voor koude klimaten, maar heeft dus ook zijn nadelen.
Softneck knoflook, daarentegen, heeft een zachte, vlechtbare steel en produceert kleinere bollen met kleinere teentjes. Het heeft een mildere smaak en kan langer worden bewaard. Softneck is geschikter voor warmere klimaten. Wij hebben altijd softnecks omdat we het handig vinden om ze te vlechten en op die manier (9 maanden) te bewaren.
Kleigrond versus Zandgrond: waar moet je op letten?
Het type grond in je tuin is van groot belang voor een succesvolle knoflookteelt.
Kleigrond houdt meer vocht vast en kan de knoflookbollen eerder laten rotten als ze te nat blijven. Zorg voor goede drainage door de grond te verhogen en te vermengen met compost.
Zandgrond laat water sneller door, wat kan leiden tot uitdroging van de bollen. Voeg organisch materiaal toe om de grond vast te houden en zorg voor regelmatig water geven.
Telen in het Najaar of het Voorjaar: wat is het verschil?
Knoflook kan zowel in het najaar als in het voorjaar worden geplant, afhankelijk van je klimaat en voorkeur.
Najaarsplanting (10-10): In koudere klimaten is het raadzaam om in het najaar te planten, meestal rond oktober. Hierdoor kan de knoflook overwinteren en in het voorjaar uitgroeien tot volwassen planten. Dit resulteert vaak in grotere bollen. In oktober beginnen ze dan al met uitlopen en in het begin van de winter zal het eerste loof al tevoorschijn piepen. Dit lijkt dan een beetje op bieslook. Zodra het in februari/maart weer wat warmer begint te worden, groeien ze weer door. Wij telen altijd knoflook in het najaar. Misschien heb je wel eens gehoord van het ezelsbruggetje voor knoflook: 10-10-10. Je poot ze dus in maand 10, oktober, 10 cm diep en 10 cm uit elkaar. Als je op kleigrond teelt en je grond wordt in de winter erg nat, raden wij aan om pas in het voorjaar te poten. De kans dat je teentjes in de natte winter klei wegrotten is dan namelijk groter!
Voorjaarsplanting (maart): In mildere klimaten kun je ervoor kiezen om in het vroege voorjaar, meestal in maart, te planten. Dit vereist geen overwintering en levert nog steeds goede oogsten op, zij het vaak met wat kleinere bollen. Soms denken mensen dat je ze dan later oogst dan najaars knoflook, maar dat is niet zo. Je oogst ze allebei rond juni/juli. Voorjaarsplanting raad ik dus aan als je op klei zit die in de winter erg nat wordt. Zoals eerder aangegeven kun je ook aan bodemverbetering doen door je grond wat te verhogen en te vermengen met compost.
Plantdiepte en -Afstand: de juiste ruimte voor groei
Plant de tenen ongeveer 8-10 cm diep in de grond, met de puntige kant omhoog. Houd een afstand van 10 cm tussen elke teen om voldoende ruimte te geven voor groei. Je kunt ook meer afstand aanhouden, maar dat is vaak zonde van de ruimte in je moestuin. Een bol knoflook krijgt namelijk geen doorsnede van 15 cm. Daarna leg ik altijd een mulchlaag op de bodem om onkruid te voorkomen. Knoflook is krachtig genoeg om daar doorheen te groeien.
Bewaren van Knoflook: tips voor een langere houdbaarheid
Bewaar knoflook op een koele, droge plaats met voldoende ventilatie. Gebruik geen koelkast, want de vochtigheid kan de bollen laten ontkiemen. Je kunt knoflook ook vlechten en ophangen om lucht te laten circuleren, dat is onze ideale manier om knoflook te bewaren.
Waar koop je goed pootgoed?
In onze webshop natuurlijk. We krijgen twee keer per jaar knoflook in de webshop, en meestal is dat snel uitverkocht. In het najaar kunnen we vaak geen biologische knoflook inkopen, maar in het voorjaar gelukkig wel. Wil je in het najaar graag biologische knoflook poten? Bestel het dan bij Natural Bulbs met de code: Biobloembollen5, dan krijg je €5,- korting bij een besteding van €25,-. Alle knoflook in onze eigen webshop vind je hier.
Met deze tips en kennis in je achterzak kun je met vertrouwen aan de slag met het telen van je eigen knoflook. Of je nu kiest voor hardneck of softneck, najaar of voorjaar, kleigrond of zandgrond, je zult uiteindelijk worden beloond met zelfgekweekte, smaakvolle knoflookbollen. Veel plezier met tuinieren!
